Olivier Giroud: Iedereen heeft liefde nodig
Olivier Giroud is hard op weg om topscorer allertijden te worden van het Franse elftal. Zijn recente doelpunten voor Chelsea, waaronder een spectaculaire omhaal tegen Atletico Madrid, helpen hem misschien om zijn interlandcarrière te verlengen. Alleen Thierry Henry staat met 51 doelpunten nog boven hem. Niet gek voor een voetballer die zijn carrièrelang kritiek heeft moeten accepteren van kenners en collega’s. ‘Je moet Formule-1 racen niet met karten vergelijken’, zei concurrerend spits Karim Benzema een paar jaar geleden op Instagram Live, toen hem werd gevraagd naar een vergelijking tussen hemzelf en de spits van het Franse elftal. Benzema’s carrière voor Les Bleus is al jaren geleden op een zijspoor beland, onder andere door een rechtszaak wegens zijn mogelijke betrokkenheid in een afpersingszaak die voortsleept tot op de dag van vandaag.
[devvn_ihotspot id=”1305″]
Giroud heeft erkend dat de kritiek hem raakt – die van Benzema en zeker die van de Franse supporters – al heeft hij er nooit slecht door geslapen: ‘Ik heb een hart en emoties.’ Zo nu en dan werd hij gedold door zijn teamgenoten vanwege zijn geringe populariteit, bijvoorbeeld door ‘Le mal aîmé’ van Claude François voor hem te zingen, een zielig liedje uit 1974 over iemand die liefde nodig heeft, maar die van niemand krijgt: J’ai besoin qu’on m’aime mais personne ne comprend… : ik heb liefde nodig, maar niemand begrijpt me.
De laatste tijd speelde Giroud zo weinig (1167 minuten in heel 2020) dat hij publiekelijk zijn twijfel uitsprak over zijn toekomst bij Chelsea, ook omdat bondscoach Didier Deschamps duidelijk maakte dat zijn selectie voor het Europees Kampioenschap bij te weinig speelminuten in gevaar zou komen. Aan spelen kwam hij bij Chelsea de laatste tijd dus maar weinig toe, maar in de minuten dat hij in het veld stond was hij ongekend doeltreffend. Volgens cijfers van televisiezender Sky Sports maakte Giroud in 2020 elke 63 minuten een doelpunt, het beste moyenne van alle spelers die in de Premier League vorig jaar op zijn minst vijf doelpunten maakten. Op gepaste afstand volgen Sergio Aguero (1 goal per 114 minuten), Mohamed Salah (1 doelpunt per 121 minuten). Bruno Fernandes ( 1 doelpunt per 134 minuten) en Patrick Bramford (1 doelpunt per 137 minuten) .
Voor de televisiezender legde Giroud uit dat zijn schijnbewegingen het geheim vormen achter die vele doelpunten: ‘Je doet alsof je naar de tweede paal gaat, maar in werkelijkheid ga je naar de eerste paal. Het gaat allemaal om deze beweging die ervoor zorgt dat je loskomt van je verdediger. Natuurlijk zijn er situaties, waarin het zo vol is bij de eerste paal dat je naar de tweede paal moet gaan. Het hangt allemaal af van de situatie.’
Giroud is in zijn carrière bekritiseerd om zijn houterige stijl, maar ook omdat hij nauwelijks assists op zijn naam brengt en dat klopt; in het Franse nationale elftal geeft hij medespelers in elk geval minder assists dan de andere aanvallers. Maar ballen aangeven waaruit medespelers scoren is natuurlijk lang niet de enige manier waarop een aanvaller zijn team van dienst kan zijn. Giroud legt uit: ‘Als nummer 9 maak je de beweging soms om ervoor te zorgen dat er ruimte vrijkomt achter je, voor de andere speler. Als de voorzet naar de tweede paal komt en je bent voor de verdediger, dan ben je daar om te scoren en kan je de keeper verrassen. Daarom maak ik die beweging zo graag. Ik werk er veel aan tijdens trainingen.’
Juist met zijn rug naar de goal is Giroud op zijn best. Dan moet hij scoren, zoals hij deed met zijn omhaal tegen Atletico, of de bal terugleggen op een medespeler en voor een een-twee gaan. ‘Dat deed ik veel met Eden Hazard bijvoorbeeld.’
Een kruisje slaat hij niet, maar Giroud doet wel voor elke wedstrijd een gebedje. Een tatoeage aan de binnenkant van zijn rechterarm luidt: Dominus regit me, et nihil mihi deerit: De Heer is mijn herder, het zal mij aan niets ontbreken.
Giroud’s geloof past bij het spel van kansen en missen, waar hij zich mee bezighoudt
Toujours y croire heet de biografie van Olivier Giroud. Zijn rotsvaste geloof past wel bij het spel van kansen en missen, waar hij zich elke dag mee bezighoudt. ‘Je moet er altijd in blijven geloven’, zegt hij. ‘Dat is één van de belangrijkste kwaliteiten van een aanvaller. Je stopt nooit en je blijft altijd geloven dat je gaat scoren, ook al mis je de eerste en de tweede.’